Waarom DataMatrix-code?
Een apparaat dat is gemarkeerd met informatie zoals het serienummer of de vervaldatum is gemakkelijk te traceren. Daardoor is de levenscyclus van het product transparant voor ziekenhuizen en artsen. Deze zogenaamde Unieke Apparaatidentificatie (UDI) verhoogt de veiligheid van de patiënt en vereenvoudigt bijvoorbeeld het terugroepen van producten.
Olympus gebruikt DataMatrix-code (DMC) om haar producten te markeren. De code is rechtstreeks opgeslagen op alle Klasse I- en II-producten.
Elke UDI bestaat uit een unieke reeks artikelnummers voor alle fabrikanten, de Global Trade Item Numbers (GTIN´s). De GTIN´s maken deel uit van de GS1-standaarden* en identificeren de fabrikant en het product.
De UDI met alle relevante informatie over het apparaat wordt opgeslagen in de publiek toegankelijke Global UDI Database (GUDID). GUDID is al voorzien van relevante achtergrondinformatie van Olympus, dus ziekenhuizen en artsen kunnen gegevens uit deze database gebruiken om producten te identificeren.
*zie woordenlijst onderaan de pagina

De voordelen van rechtstreekse markering op het product (DPM) met UDI Een permanent gemarkeerd en dus uniek identificeerbaar en traceerbaar product heeft verschillende voordelen voor ziekenhuizen en artsen:
Veelgestelde vragen (FAQ)
De UDI bevat de volgende elementen:

- GTIN - een wereldwijd uniek artikelnummer
- (11) Productiedatum - alleen voor herbruikbare en niet-steriele artikelen
- (21) Serienummer (SN) - toegewezen door Olympus
Voorbeeld: (01)12345678910111(11)170105(21)WA123456
- GTIN - een wereldwijd uniek artikelnummer
- (17) Houdbaarheidsdatum - alleen voor steriele producten
- (10) Partijnummer (LOT) - toegewezen door Olympus
Bijvoorbeeld: (01)12345678910111(17)170105(10)WA123456
Om een partij rechtstreeks gemarkeerde producten te identificeren, kan de UDI worden aangevuld met een extra niet-UDI-element:
- (91) Partijnummer met toevoeging
Ja, uitgebreide productinformatie is beschikbaar via de Wereldwijde UDI-database (GUDID).
Volgens de criteria in de regelgeving bestaan de volgende uitzonderingen:
1. Apparaten voor eenmalig gebruik.
2. Als het moederapparaat een UDI heeft, kan het zijn dat de overige apparaten, waaronder het configureerbare medische hulpmiddelensysteem, geen rechtstreekse markering hebben.
3. Als de markeringen de veiligheid en doeltreffendheid van het apparaat zouden kunnen hinderen.
4. Indien het technisch onuitvoerbaar is.
Woordenlijst

Hebt u meer informatie nodig?
Neem contact op met onze experts. Wij nemen vervolgens contact met u op om uw vragen te beantwoorden.